Vorige week leek onze haven eventjes terug een bloeiende haven. Er lagen zelfs heel wat schepen aangemeerd!!  Maar vergis u niet, de meeste schepen lagen of liggen nog steeds gewoon werkloos aan de kade wachtend op een opdracht ergens ter wereld. Oostende is nu een soort parking geworden voor werkloze schepen van Jan de Nul.

 

Door werkloze schepen op te leggen aan onze commerciëel belangrijkste kades wordt een dubbel negatief signaal gegeven.

  1. Bij een logisch gebruik van de haven laat je de ligplaatsen vlakbij de havenmonding vrij voor verkeer dat snel in- en uit moet kunnen varen en ga je trager verkeer, meer naar de achterhaven verhuizen. In Oostende doet men net andersom. Dit schrikt potentiële klanten af.
  2. Elk product, hoe goed ook moet verkocht worden. De havens van Antwerpen, Zeebrugge en ook Rotterdam zijn permanent bezig met het verkopen van de sterke punte van hun havens. Oostende verstopt z'n sterke punten door net de kades dichtbij het station, ideaal voor gemengd vracht- en passagiersverkeer te gaan gebruiken om commerciëel totaal oninteressante werkloze schepen aan te laten meren.  Men geeft nu aan potentiële klanten de (valse) indruk dat die ligplaatsen niet beschikbaar zijn voor ferry- of cruise acriviteiten. Cruise maatschapijen ontvluchten Oostende ondermeer doordat die werkloze offshore schepen in de weg liggen voor de cruise-traffiek.  

 

Het toont ook het gevaar van een orientatie op slechts 1 activiteit. Oostende moet een multifunctionele haven worden.